De kinderen
Op dit moment biedt het Destiny Children's Center door middel van onderwijs, voedsel en hygiëne meer dan 300 kinderen een veilige plek om te leren en te spelen. Een veilige plek om te dromen van een mooie toekomst. De verhalen en dromen van de kinderen spreken voor zich, we stellen ze graag aan je voor.
Het verhaal van Sarah
Sarah is nog geen vijf jaar. In haar korte leven is al veel gebeurd. Haar vader overleed in het dorp waar Sarah geboren werd. Haar moeder vertrok naar de stad. Sarah bleef bij haar oma achter op de boerderij. Toen haar moeder een baan had gevonden heeft ze Sarah opgehaald. Nu woont Sarah in Likoni. Haar moeder werkt bij ons op het project. Elke morgen komt Sarah naar school. Samen met haar moeder. Sarah heeft een oog dat erg loenst. Hierdoor heeft ze moeite om zich lang te concentreren. Toch is ze heel gemotiveerd om te leren. Op het project zit ze de hele dag in de klas. Sarah speelt graat met de spellen die vanuit Nederland naar Likoni zijn gebracht. Memorie en domino zijn haar favoriet. Ze helpen haar in haar ontwikkeling. Op het project komen steeds meer leermiddelen beschikbaar, maar er zijn er nog steeds niet voldoende. Elk jaar moeten er nieuwe boeken en schoolmaterialen worden aangeschaft zodat de kwaliteit van het onderwijs kan verbeteren. Sarah droomt er van dat ze elke dag zorgeloos naar school kan en dat op haar school voldoende boeken en leermiddelen aanwezig zijn.
Het verhaal van Idrish
Idrish heeft geluk. Hij is in 2003 geboren in Likoni. Zijn vader is spoorloos en zijn moeder straatarm. In tegenstelling tot de meeste kinderen in Likoni heeft Idrish geen broertjes of zusjes. Hij is verlegen. Wel is hij gezegend met een talent voor leren. Omdat zijn moeder geen schoolgeld kon betalen, kwam hij in 2010 op het project terecht. Hij had het reuze naar zijn zin. Las binnen enkele weken en rekende sneller dan wie ook. In 2011 kwam er een Duitse vrijwilliger werken op het project. Ze zag snel dat de kleine jongen met de grote ogen een groot talent bezat. Idrish kan leren als geen ander. Hij had al twee klassen overgeslagen en was alsnog de slimste van zijn klas. Idrish gaat nu naar een particuliere school in de stad, waar hij uitgedaagd wordt om zichzelf zo snel mogelijk te ontwikkelen. Zijn opleiding, evenals zijn vervolgstudie is door de Duitse vrijwilligster gegarandeerd. Zijn schoolgeld, boeken en leermiddelen worden via het project voor hem betaald. Idrish is hier dolgelukkig mee. Idrish droomt er van dat ook zijn vriendjes en vriendinnetjes naar een goede vervolgopleiding kunnen. Zelf wil hij later werken in de haven.
Het verhaal van Manuanne
Manuanne is 9 jaar. Sinds drie jaar zit ze in Likoni op school, waar ze erg haar best doet om goede cijfers te halen. Jammer genoeg verzuimt Manuanne vaak van school. Tijdens een huisbezoek wordt duidelijk waar dat door komt. Manuanne woont samen met haar moeder en haar kleine zusje in een klein, donker en vochtig kamertje. Er is geen elektriciteit, geen water en geen geld. De moeder van Manuanne is vaak ziek. Ze zegt zelf dat zie ‘iets aan haar longen heeft’, maar het vermoeden bestaat dat ze HIV-geïnfecteerd is. Ook het kleine zusje van Manuanne is vaak ziek. Als moeder niet voor het kleine zusje kan zorgen, moet Manuanne dat doen en kan ze niet naar school. Manuanne hoopt erg dat haar kleine zusje binnenkort ook mee kan naar school. Ze leert dan niet alleen lezen en schrijven, maar ze krijgt net als Manuanne twee keer per jaar een gezondheidscheck, waarmee eenvoudige aandoeningen kunnen worden opgespoord en behandeld. Dat is goed voor de gezondheid van haar zusje, maar ook voor Manuanne. Manuanne droomt dat ze samen met haar zusje naar school kan gaan en dat ze vanwege ziekte niet meer thuis hoeft te blijven.
Het verhaal van Djokter
Tot slot delen we ook graag het verhaal van Djokter. Djokter is tuinman en werkt sinds vijf jaar in Likoni. Hij start elke dag om vijf uur ‘s ochtends op de school om de omgeving schoon te maken en te werken in de tuin. Djokter werkt de hele dag door. Hij neemt bijna nooit pauze. Djokter kan moeilijk communiceren met de mensen op het project. Hij spreekt geen Engels en slechts een klein beetje Swahili. Hij spreekt de taal van zijn eigen streek, de streek die hij ontvlucht is. Niet lang na het overlijden van zijn vrouw overleden ook zijn ouders, bij wie hij op de boerderij woonde. Djokter was verdrietig en leefde teruggetrokken op de boerderij. De mensen in de buurt vertrouwden het niet, dachten dat Djokter zich bezig hield met hekserij en hebben hem het dorp uitgejaagd en al zijn bezittingen afgenomen. Djokter vluchtte naar Likoni. Hij heeft vaak sombere gedachten en probeert daarom zo veel mogelijk te werken en zo min mogelijk na te denken. Dat helpt hem ontzettend en met ondersteuning van Kenneth en mama Ken heeft hij een geweldige tuin aangelegd. Daar is hij zelf erg trots op! Djokter droomt van een nog grotere groententuin waarin hij groenten en bonen kan verbouwen om de kinderen op het project te voeden.